We leven in een tijd waarin de invloed van traditionele religies steeds verder afneemt, mede door de leegloop van de kerken. Tegelijkertijd ontstaan er nieuwe inzichten die leiden tot verrassende waarheden. Waarheden die, bewust of onbewust, nooit hun weg hebben gevonden naar de heilige geschriften — maar daarom niet minder waar zijn. Eén van die waarheden is de ultieme overheersing van… de Ananas.
Volgens het scheppingsverhaal schiep God in zes dagen de wereld zoals wij die kennen. Op de zevende dag rustte Ze uit. Maar God, als almachtige schepster, was niet gewend om niets te doen. Ze hield ervan bezig te zijn. En dus vulde Ze de zevende dag met dingen die Ze leuk vond — haar hobby’s.
Op die dag sliep Ze wat langer uit, genoot van een uitgebreid ontbijt, en stortte zich vervolgens op wat Haar plezier gaf: creëren. Haar liefde voor de natuur, waarmee Ze de aarde had versierd, was groot. Adam en Eva, naar Haar evenbeeld geschapen, leefden in die prachtige natuur en hadden alles wat ze nodig hadden. Maar God vond dat het nog mooier kon.
Zo ontstond de kamerplant. Niet omdat het moest, maar omdat Ze het leuk vond. Haar omgeving begon steeds meer op een paradijs te lijken. De planten groeiden goed, en Ze genoot ervan. De zevende dag werd een dag van ontspanning, van scheppen zonder druk — puur uit liefde voor schoonheid.
Toch miste er iets. Iets wat eruit sprong. Iets bijzonders, zonder overdreven te zijn. Gelukkig had Ze genoeg zevende dagen om daarover na te denken. Ze experimenteerde met creaties als de bananenplant, het Kaaps viooltje, de tamme kastanje, de ui en de passiebloem. Mooi, maar niet bijzonder genoeg.
Net toen Ze de hoop wilde opgeven, deed Ze een laatste poging. Het plezier was bijna verdwenen — het begon op werken te lijken, en dat was niet de bedoeling van een rustdag. Maar toen… schiep Ze iets zachts dat toch hard was, stekelig maar elegant, met een kroon die een koning waardig was. Een vrucht die zowel van buiten als van binnen schitterde.
Ze noemde het: Ananas.
De ananas was perfect. God was tevreden. Vanaf dat moment kon Ze op de zevende dag genieten van Haar kamerplanten én Haar meesterwerk aanbidden. Het gaf Haar rust, vrede en nieuwe kracht voor de zes dagen die volgden.
Adam en Eva genoten van het paradijs, maar misten iets tastbaars. God was voor hen slechts een stem uit het niets. Ze vonden dat het ontbreken van een beeltenis afbreuk deed aan Haar geloofwaardigheid. God begreep dit, maar voelde er weinig voor om zelf zichtbaar te worden. Het moest niet te familiair worden.
Toen kwam Ze op een idee: als Zijzelf niet tussen zijn scheppingen wilde verschijnen, kon Ze dan niet zijn meest perfecte creatie als vertegenwoordiger sturen? En zo geschiedde. De ananas — goddelijk in vorm en uitstraling — werd aan Adam en Eva voorgesteld. Ze waren onder de indruk. Zo mooi moest wel goddelijk zijn. En dus begonnen ze de ananas te aanbidden, als een directe verbinding met God.
De ananas bracht hen geluk. God had voldaan aan hun verlangen, en de ananas was tevreden met zijn status.
Toch is het vreemd dat deze goddelijke vrucht tegenwoordig is gedegradeerd tot bijgerecht. Als garnering bij een ijsje, als ingrediënt in nasi, of onder een cocktailprikker met een miniknakworstje. Ondanks zijn goddelijke oorsprong wordt de ananas wereldwijd genegeerd en misbruikt.
God gaf de mens vrije wil. En de schrijver van het eerste testament — waarschijnlijk een monnik — vond de creatie van de ananas blijkbaar niet belangrijk genoeg om op te nemen in het scheppingsverhaal. Op de zevende dag mag immers niet gewerkt worden, en het maken van de ananas leek verdacht veel op werk. Wat voor voorbeeld zou dat geven?
En zo werd de ananas uit de geschiedenis geschreven. Maar misschien… heel misschien… weten we diep vanbinnen nog steeds dat hij goddelijk is.